Een discussie die al sinds mensenheugenis in Nijmegen speelt: moet de bus door de Burchtstraat en zo ja, wat doen we dan met de markt. Veel wethouders hebben hun handen er al aan gebrand. Zo was er ooit ene wethouders Bruls (waar kennen we die van) die zich inzette voor een kabeltram. Ook de systeemsprong naar een gewone tram van wethouder van der Meer kwam er niet. En nu is er dan wethouder van Hees die met een nieuw plan komt. Waar in het vorige college Jan van der Meer in de Burchtstraat ruim baan wilde geven aan het openbaar vervoer, daar wil Ben van Hees de bus juist uit de Burchtstraat weren.

Bij hoogwaardig openbaar vervoer (en daar hebben we het hier over) hoort duidelijkheid. Een vaste route is daar een belangrijk onderdeel van en juist daaraan ontbreekt het in Nijmegen. Immers op zaterdag en maandag rijden de bussen vanwege de markt niet door de Burchtstraat. Op deze dagen betekent het ook dat busreizigers een stukje moeten lopen om het hart van het centrum (met het stadhuis) te bereiken of een keer extra moeten overstappen. Dat is lastig met bijvoorbeeld boodschappentassen en de extra overstap zorgt voor onzekerheid. Wanneer gaat mijn aansluitende bus en sluit die goed aan? Het is een gegeven dat dit het openbaar vervoer reizigers kost.

De markt is echter ook een begrip in Nijmegen. Er is in het verleden al veel onerzoek gedaan naar het verplaatsen van de markt. Bijvoorbeeld naar Molenstraat en Plein 1944, maar dat bleef stuiten op veel bezwaren van de marktkooplieden. Tot dusverre is nog niemand erin geslaagd om deze Gordiaanse knoop te ontwarren.

Ruimer plan

Ben van Hees heeft overigens een veel breder plan gelanceerd. Daarover moet het komende half jaar de discussie losbarsten, zodat bij de begroting voor 2018 het geld kan worden vrijgemaakt om de plannen ook te realiseren. En het moet gezegd: deze plannen bevatten veel positiefs voor het milieu. Zo worden in de ringstraten (grofweg van In de Betouwstraat tot Gerard Noodtstraat) een aantal fietsstraten ingericht. Het hele centrum wordt 30 kilometer gebied en de Waalkade wordt afgesloten voor doorgaand autoverkeer. Daar zal hem de pijn voor het milieu niet zitten.

Pijn voor het openbaar vervoer

De pijn zit dus bij het openbaar vervoer en daar heeft Ben van Hees natuurlijk ook over nagedacht. Daarbij enigszins geholpen door de ontwikkeling van de technologie. Het wordt steeds eenvoudiger om kleine busjes te laten rijden en op termijn zouden die zelfs zonder chauffeur kunnen rijden. Die kleine busjes zouden de leemte op moeten vangen die in de Burchtstraat ontstaat. Overigens zijn daarbij nog twee varianten in de discussie: kleine busjes door de Burchtstraat of geen bussen meer in de Burchtstraat. De grote bussen gaan de hele week rijden zoals nu op marktdagen.

Aandacht zal in ieder geval nodig zijn voor de overstapstations. Die moeten uitnodigend zijn en voldoende faciliteiten bieden. Wachten op een bus is toch al niet prettig en zeker niet als dat op een plek moet waar alleen maar een haltepaal en een bankje staan. Natuurlijk is ook de route van de kleine busjes belangrijk. Zeker als deze niet door de Burchtstraat gaan rijden. Worden de belangrijke plekken dan nog wel ontsloten, zoals het stadhuis. Al was het maar omdat het openbaar vervoer ook een sociale functie heeft voor mensen die ervan afhankelijk zijn. En in deze tijd van communicatie moet het mogelijk zijn elke bezoeker in de stad – waar hij ook is – te informeren over de bussen die hij nog kan halen.